De tafel is gedekt, de koffie staat klaar. Twee meisjes klimmen in een boom, hoger en hoger, links of rechts. Een vrouw zoekt haar weg in een verlaten landschap. Nog één keer proberen. In Passages lopen ‘tijd’ en ‘keuzes maken’ als twee rode draden doorheen vier verhaallijnen. De verhaallijnen lijken verweven, maar is dit wel zo? Of speelt Verschaffel met het verwachtingspatroon van de lezer die in elke verhaallijn een stukje van een vierdelige puzzel ziet?
De tafel is gedekt, de koffie staat klaar. Twee meisjes klimmen in een boom, hoger en hoger, links of rechts. Een vrouw zoekt haar weg in een verlaten landschap. Nog één keer proberen. In Passages lopen ‘tijd’ en ‘keuzes maken’ als twee rode draden doorheen vier verhaallijnen. De verhaallijnen lijken verweven, maar is dit wel zo? Of speelt Verschaffel met het verwachtingspatroon van de lezer die in elke verhaallijn een stukje van een vierdelige puzzel ziet?